In mijn vorige blog heb ik al 7 tips gedeeld met jullie. Heb je deze 1e 7 tips gemist? Klik dan op deze link.
Vandaag deel ik graag de andere 7 tips.
8. Geef je peuter de tijd om mee te werken
Wanneer je je kind een instructie hebt gegeven, gun hem dan even de tijd om te gaan doen wat je hebt gezegd. Ongeveer 5 seconden is lang genoeg. Blijf bij je kind in de buurt en houd hem in de gaten. Wanneer je kind niet doet wat je hem verteld hebt, geef je na 5 seconden de instructie nog een keer.
9. Geef je kind een compliment als hij meewerkt
Wanneer je kind doet wat je hebt gezegd, geef je hem een compliment: “Fijn Vera, dat je de puzzels opgeruimd hebt. Heel goed van jou!”
10. Reageer niet op zeuren of huilen
Als je kind protesteert met zeuren of huilen, besteed daar dan geen aandacht aan. Wanneer je kind weer rustig is, vertel hem dan meteen dat je het fijn vind dat hij weer rustig is. Probeer hem daarna af te leiden met een of andere bezigheid.
11. Zet je instructie kracht bij met een logische consequentie
Blijf niet steeds waarschuwen zonder dat er iets gebeurt. Als je de instructie 2 keer gegeven hebt en je kind doet daarna niet wat je hebt gezegd, dient er een consequentie te volgen. Wanneer je wil dat je kind ergens mee stopt, geef je de instructie overigens maar één keer. Kies een consequentie die logisch is en past bij de situatie. B.v. wanneer je kind met speelgoed gooit en hij luistert niet nadat je hem vertelt hebt hier mee te stoppen, kan je het speelgoed even afpakken. Leg het b.v. 10 minuten weg en geef het dan weer terug. Wanneer je dit doet leg dan wel uit waarom je dit doet: “Vera, je hebt niet geluisterd nadat ik zei dat je moest stoppen met het gooien van speelgoed. Nu leg ik het even weg.”
12. Help je kind weer op gang
Geef het speelgoed terug of help je kind weer op gang met zijn activiteit zodra de tijd om is. Hiermee geef je je kind de kans om zich goed te gedragen. Wanneer je kindje niet luistert en hij blijft doorgaan met zijn ongewenste gedrag of het herhaalt zich na een tijd weer, herhaal de consequentie dan weer. Je past dezelfde consequentie toe als daarvoor. Je kan er b.v. wel voor kiezen om speelgoed dat je weg hebt gelegd, nu voor een langere periode weg te leggen.
13. Indien nodig: even stilzitten of time-out
Wanneer je géén logische consequentie kunt toepassen of je kindje blijft gewoon doorgaan met zijn ongewenste gedrag, kies dan voor een aanpak die ‘even stilzitten’ heet. Vertel je kind wat hij fout heeft gedaan: “Vera, je hebt niet gedaan wat ik zei, nu moet je ‘even stilzitten’. (benoem dus ook het gevolg). Deze aanpak houdt in dat je kind in dezelfde ruimte even opzij wordt gezet om een minuut stil te zijn. Dat kan zijn op een stoeltje of een kleedje. Zet je kind op die plek en zeg rustig en overtuigend dat hij hier even rustig moet staan of zitten voordat hij weer verder mag spelen. Bij een peuter kan je er maar het beste zelf bij blijven. Schenk géén aandacht aan je kind, als het tegen je praat, schreeuwt of huilt. Wanneer je kind van zijn plekje af komt, zet je hem (steeds) weer rustig terug. Let op dat je niet tegen je kind praat. Dat kan heel lastig zijn om vol te houden, maar is wel belangrijk. Het is namelijk de bedoeling dat je kind niet beloond wordt voor zijn negatieve of ongehoorzame gedrag. En wanneer je steeds tegen je kind praat, zelfs als je boos wordt, is dit aandacht voor je kind. Weliswaar negatieve aandacht, maar ook dat is aandacht. Je geeft je kind dan een onbedoelde beloning op zo’n moment.
Als het niet lukt om je kind rustig te krijgen op die plek, kun je een time-out toepassen. Zeg bijvoorbeeld: “Vera, je wil niet blijven zitten, ik ga je nu even apart zetten.” Time-out houdt in dat je kind eventjes verwijderd wordt uit de situatie waarin hij ongehoorzaam was om het te laten beseffen dat je het echt meent. Breng je kind naar een saaie, maar veilige ruimte zonder al te veel afleiding. Vertel je kind dat hij een 2 minuten lang rustig moet zijn voordat hij weer naar binnen mag. Ook nu geldt, wanneer je kind hevig protesteert, zoals schreeuwen, gillen, huilen, stampvoeten, negeer dit gedrag dan. Praat niet tegen je kind. Probeer rustig te blijven en geef niet op. Nu moet je kind 2 minuten rustig zijn. En met rustig zijn bedoel ik: niet schreeuwen, gillen, tegen deuren trappen, krijsen. Pas als je kind daarmee stopt, gaat de tijd in. NIET EERDER. Zet een wekkertje, zodat je kind ook weet wanneer de tijd voorbij is. Een peuter weet namelijk nog niet wat 2 minuten is en door een wekker te zetten, maak je het visueel voor hem. De eerste paar keren kan het veel moeite kosten om dit uit te voeren. Bijvoorbeeld omdat je kind lang blijft schreeuwen, of steeds uit de ruimte komt gelopen. Probeer rustig te blijven, niet tegen je kind,te praten en breng hem steeds weer opnieuw terug naar de ruimte waar je hem hebt neergezet. Na een paar keer zal je ervaren dat je kind steeds eerder rustiger wordt en dat het steeds minder vaak nodig is om de time-out in te zetten.
BELANGRIJK: leg je kind een keer op een neutraal moment uit wat een time-out inhoudt. Vertel hem dus precies hoe het in zijn werk gaat. Pas als je dat één of meerdere keren hebt uitgelegd, kan je het inzetten. Als je dat namelijk nog moet doen wanneer je dit voor de 1e keer gaat toepassen, heeft dat geen zin. En zet geen time-out in bij kinderen jonger dan 2 jaar. Bij die leeftijd kan je het beste ‘even stilzitten’ toepassen of als het niet nodig is dit of een andere consequentie toe te passen, gebruik maken van ‘gepast negeren’. Je reageert dan helemaal niet op bijvoorbeeld een driftbui. Je kijkt je kind niet aan en praat er ook niet tegen. Geef pas weer aandacht als de driftbui voorbij is. En geef een compliment zodra je kindje weer rustig is of zich goed gedraagt.
14. Breng je kind weer terug
Wanneer je peuter een minuut lang stil is blijven zitten of rustig is geworden, haal je hem er weer bij. Help je kind zijn spel of bezigheid weer op te pakken en geef je kindje een compliment voor het feit dat hij zich zo goed gedraagt.
Note Redactie: De beschreven tips zijn ontleent aan de Trip P-methode.