• Dé ontmoetingsplek voor ouders, leerkrachten en andere professionals
  • Vergelijk basisscholen en kinderopvang
  • Lekkere en gezonde kinderrecepten
  • Leuke activiteiten en dagjes uit
  • Lees en leer met onze Opgroeiblog en kennisbank

Parijs, Brussel, Orlando, Istanbul… Het aantal steden waar terroristische aanslagen zijn gepleegd, blijft maar groeien. Mensen die andere mensen dood maken om angst te zaaien… Niet echt iets waar je je (kleine) kinderen over wil inlichten. Toch? Sommige basisscholen vonden het wel van belang om hun leerlingen, inclusief de kleuters, over de aanslagen te vertellen. Dus besloot LINDA-nieuws een kinderpsycholoog te raadplegen, en werd ik gebeld met de vraag: “Moet je met kleine kinderen praten over aanslagen, en hoe reageer je als je kind er ergens anders over heeft gehoord?” Lees hier mijn antwoord: https://www.lindanieuws.nl/nieuws/kinderpsycholoog-begin-bij-kleine-kinderen-niet-zelf-over-aanslagen.

Afstemmen dus. Klinkt logisch toch? Toch blijkt dit in de praktijk lastiger dan het lijkt. Tijdens de eerste avond van de sleuteltraining ‘Hartgrondig opvoeden’, komen de deelnemers er vaak pas tijdens de rollenspellen achter hoe moeilijk dit eigenlijk is: afstemmen op je kind en écht naar hem/haar luisteren. Voor je het weet bedenk je een oplossing, geef je antwoord, of wordt je boos. Allemaal natuurlijke reacties die ‘de deur’ naar een waardevol gesprek met je kind ‘dichtgooien’.

Niet voor niets heet het boek achter deze opvoedtraining ‘Sleutel tot je kind’. Charlotte Visch (schrijver van dit boek en ontwikkelaar van de integratieve kindertherapie) schrijft: “Kinderen houden van filosoferen. Ze verwachten niet dat je overal antwoord op hebt, maar hebben wel de behoefte om je vragen voor te leggen. Volwassenen die pretenderen dat alle vragen van kinderen voor hen zijn bedoeld, vergissen zich en maken zichzelf belangrijker dan ze zijn.” (bron: www.sleuteltrainingen.nl).

Hoe zorg je ervoor dat je niet ‘de deur dicht gooit’, maar een luisterend oor biedt en een klankbord bent? Hoe reageer je op vragen van je kind over een onderwerp waar je hem/haar liever nog even tegen had beschermd?

  • Zie vragen als aanleiding tot een gesprek, niet als een verzoek om antwoord.
  • Wees nieuwsgierig naar wat er in je kind omgaat: vragen bieden een kijkje in de gedachtenwereld van je kind!
  • Spiegel de emotie van je kind. Dit doe je door zijn/haar lichaamshouding, gezichtsuitdrukking en stemgeluid over te nemen. (Zoals je in gesprekken met volwassenen van nature al doet, let daar maar eens op!)
  • Herhaal de woorden van je kind zodat hij/zij zich gehoord voelt, en zichzelf kan corrigeren. “Dus je denkt dat…” “Je wil graag weten…” “Je vindt….”
  • Stel vervolgens open vragen die beginnen met ‘wie’, ‘wat’, ‘waar’, ‘wanneer’, ‘hoe’, ‘welke’, ‘want’.
  • Probeer ‘waarom’ te vermijden. Zeg niet “Waarom denk je dat…” maar “Dus je denkt dat… Hoe…? Wat maakt dat…? of “Want?”
  • Wees niet bang voor stiltes. Kinderen hebben vaak net iets langer nodig om na te denken over een antwoord dan volwassenen. Gun ze die tijd!

Succes met oefenen! Durf fouten te maken en te lachen om jezelf. En vooral: geniet van de prachtige uitspraken, logica, zelfbedachte oplossingen en wijsheden van je kind!