Welke ouder kent het niet: je zegt ‘honderd keer’ tegen je kind dat hij zich moet aankleden, dat hij zijn speelgoed op moet ruimen, dat hij niet mag slaan; je straft je kind, maar hij luistert nog steeds niet. Of je beloont je kind, maar hij verwacht nu elke keer een beloning als hij iets goed doet.
Straffen en belonen zijn slechts twee van de vele technieken , die je in het opvoeden kunt toepassen. Wil jij het als ouder ook graag anders doen, maar weet je niet hoe? Wil je leren wat je allemaal kunt doen om opvoeden effectief en (weer) plezierig te maken? Maak dan gebruik van positieve opvoedstrategieën. Je zal als ouder veel minder vaak boos en minder moe zijn.
Enkele strategieën die je gebruikt binnen het positief opvoeden, waardoor je kind beter luistert:
– Benoem wat je kind wél mag doen in plaats van wat het niet mag doen. Dit betekent niet dat je je kind zijn zin moet geven als hij niet luistert of zeurt, maar je maakt de instructie positief. Enkele voorbeelden hiervan: je wil dat je kind stopt met rennen in de woonkamer. In plaats van dat je zegt: “niet rennen in de woonkamer”, zeg je: “ik wil dat je stopt met rennen binnen, je mag buiten gaan rennen”. Of: “ik wil dat je binnen rustig loopt, buiten mag je rennen”. Kinderen luisteren hier veel eerder naar dan wanneer ze telkens het woordje “niet” horen. En belangrijk hierbij is dat, wanneer je tegen je kind zegt waarmee hij moet stoppen, je ook meteen een alternatief geeft: “je mag buiten rennen”.
– Prijs je kind wanneer hij zich goed gedraagt. Vaak zijn we als ouders geneigd om meer te letten op het negatieve gedrag. Wanneer je veel aandacht besteed aan het negatieve gedrag, zal je kind dit gedrag blijven laten zien. Hij krijgt er namelijk aandacht door. Ook als is dit negatieve aandacht, zoals B.V. boos worden. Wanneer je vaker aandacht besteed aan het positieve gedrag, zal je kind dit dus ook meer laten zien.
– Herhaal instructies niet alsmaar. Wanneer je iets B.V. 4 keer hebt gezegd tegen je kind, zal het de 5e keer niet ineens wel gaan doen wat je van hem verwacht. Geef een instructie maximaal 2 keer, wanneer je wil dat je kind iets gaat doen (startinstructie). Wanneer je wil dat je kind ergens mee stopt, B.V. iemand slaan, of binnen voetballen, dan geef je de instructie maar 1 keer (stopinstructie). Wil jij meer weten over positief opvoeden? En alle andere technieken die je hierbij gebruikt? Lees dan de volgende keer weer mee.